De ontwikkeling van leerlingen en de onderwijsresultaten staan centraal. Leerlingen kunnen het beste tot hun recht komen in een omgeving waarin de leerlingen zichzelf gekend en erkend weten; waar er onder leerlingen onderling en tussen leerlingen en leerkrachten wederzijds vertrouwen is om samen resultaten te bereiken. Leerlingen die op een belangrijk onderdeel uitvallen, slecht in hun vel zitten, of ziek thuis zijn, krijgen individuele aandacht en indien gewenst een individueel programma.

Kinderen ontwikkelen zich op verschillende manieren. De resultaten die leerlingen behalen kunnen dan ook heel divers zijn. Montessori Wereldwijs vindt het belangrijk om op deze verschillen zo goed mogelijk in te spelen. Dit start reeds bij de aanbieding van de leerstof. De instructie moet effectief en gedifferentieerd zijn en de verwerking geënt op de capaciteiten van de leerling. Daar waar nodig wordt extra hulp/instructie geboden en/of wordt de leerstof aangepast. Deze eerste hulplijn in preventieve zin ligt op klassenniveau. Alle georganiseerde hulp is steeds geënt op versterking van dit klassenniveau.

Alle leerlingen worden zorgvuldig gevolgd met het leerlingvolgsysteem. Bij de groepsbesprekingen worden aan de hand van toets resultaten en de ervaringen in klassenverband conclusies getrokken op drie niveaus: de individuele leerling, de groep en de doorgaande lijn binnen de school. Opvallende leerlingen komen in aanmerking voor de hulpverlening. Ook de leerlingen die boven gemiddeld of zeer hoog scoren (hoogbegaafden) worden besproken en krijgen indien nodig extra verdieping en verrijking aangeboden. Tijdens de besprekingen wordt afgewogen of nadere diagnose wenselijk is en/of worden actiepunten vastgelegd.

Wanneer de school de zorg niet meer alleen vorm en inhoud kan geven, gaat zij, uiteraard in overleg en met toestemming van de ouders, hulp van buitenaf regelen.